Onderzoek ZI 4d6 1

Gebruiker bekijkt iets om er achter te komen wat de eigenschappen van dat iets zijn.

Inspectie 5/ Vaardigheid “X”5 IN10/1M
Men bekijkt een object om te zien of er vallen op gezet zijn, er misschien geheime compartimenten in zitten of er andere dingen niet helemaal normaal aan zijn. In het eenvoudigste geval ontdekt men dit soort dingen als zij zijn aangebracht door een gebruiker van Vaardigheid “X” welke bij het maken van dit object een test van 10 moest halen. De te inspecteren oppervlakte is niet groter dan 1 M2
+1/-/+1M per extra m2M in deze minuut.
-/X+1/- per extra 2 rangen test om het object te maken.


Verkennen - IN5/ 1M
De gebruiker probeert vallen en verstopte tegenstanders te vinden binnen een gebied van 25m2. Alle hierin verborgen wezens moeten een Heimelijk: verbergen test maken met een moeilijkheid gelijk aan de rang verkennen+ het ZI van de gebruiker.
Verkennen zelf wordt nooit gebruikt in een eigen test. +1 per extra 25m2

Spoor zoeken 5/ Wildernis 5 IN10/ 1M
Met deze vaardigheid kan een jager informatie uit de sporen van een prooi halen. De spoorzoeker krijgt een idee van aantal, soort en richting van de wezens die hij volgt. Normaal moet een spoorzoeker iedere 100 meter opnieuw testen om een spoor te volgen. Bij falen kan men het spoor niet verder volgen. Bij blunder raakt men het definitief kwijt.
-5/-/-: spoor minder dan een halve dag oud
-5/-/: Zeer makkelijk terrein, bijv. verse sneeuw.
+5/Wildernis +1/-: voor precieze aantal, belasting óf snelheid (per factor)
+5/Wildernis +3/+1M: per extra dag dat spoor oud is
+5 tot +20/-/-: ongunstiger terrein.
+20/Wildernis+1/-: na regenbui/ als spoor uitgewist is (per factor).

Voorbeeld van onderzoek: Inspectie.
Voorbeeld van onderzoek: Verkennen.
Voorbeeld van onderzoek: Spoor zoeken.
Afkortingen en symbolen
  Uitleg van de omschrijving