Pooh's Magazine editie 4/95
1 Oktober 1995

LITTLE ODESSA
een recensie door Menno Peeters

Waardering: 9.0 (max. 10.0)

Jaar : 1995
Speelduur: 98 min.
Regie : James Gray
Produktie: Paul Webster
Script : James Gray
Muziek : Dana Sano
Cast : Tim Roth, Edward Furlong, Moira Kelly, Vanessa Redgrave, Maximilian Schell

Het is vaak lastig te beslissen een film te gaan bekijken als je eigenlijk hartstikke moe bent en naar bed wilt. Als na afloop echter blijkt dat het zojuist aanschouwde verhaal een ontzettend gelukkig gevoel betreffende je eigen leven geeft, is het helemaal niet erg dat het alweer diep in de nacht is. LITTLE ODESSA is een zwarte film, met realistisch weinig lichtpunten.

Joshua Shapira (Tim Roth) keert terug naar Brooklyn om daar zijn criminele activiteiten voort te zetten. Zijn jongere broer Reuben (Edward Furlong) zoekt hem op om ondermeer te vertellen dat hun moeder Irina (Vanessa Redgrave) een hersentumor heeft en waarschijnlijk niet lang meer zal leven. Als Josh zijn moeder wil opzoeken, wordt hij geweerd door zijn vader Arkady (Maximilian Schell), met wie hij een pure haatverhouding heeft. Al de mensen die Josh liefhebben, inclusief Alla Shustervich (Moira Kelly), een oude vriendin van hem, worden uiteindelijk meegetrokken in zijn met bloed besmeurde leven.

Een hele kleine scriptverandering had in LITTLE ODESSA kunnen zorgen voor een compleet ander perspectief. De karakters Josh en Reuben worden beide op een dusdanig sterke manier uitgewerkt dat de film bijna het complete verhaal vanuit twee gezichtspunten vertelt.

Wezenloze gelaatsuitdrukkingen en minimale uitingen van emotie kenmerken Josh. Zijn problemen zijn schier uitzichtloos. Toch lijkt er enige hoop aan de horizon te verschijnen als hij liefde vindt bij Alla. Verder bestaat zijn leven enkel uit moorden, haat en onbegrip, voornamelijk van de kant van zijn vader. Tim Roth (het best bekend van zijn rol als infiltrerende politieman in RESERVOIR DOGS) zet een dijk van een rol neer.

Reuben gaat onvermijdelijk dezelfde duistere kant op als zijn broer en dat zorgt voor de extreem pessimistische sfeer. De scene waarin Reuben een pistool bij zich steekt gaat door merg en been. Edward Furlong, die in zijn rol overigens erg doet denken aan Lukas Haas in ALAN & NAOMI, kan gelukkig eindelijk zijn acteercapaciteiten eens flink uitputten en zijn TERMINATOR II-imago van zich afschudden. Ook Moira Kelly slaat na enkele charmante doch weinig bewonderenswaardige rollen een nieuwe weg in. Het is alleen jammer dat ze als Alla in LITTLE ODESSA weinig ruimte krijgt om veel van zichzelf te laten zien.

De ervaring in de cast wordt gevonden bij Maximilian Schell en Vanessa Redgrave. Arkady heeft terecht een ontzettend schuldgevoel over hoe het leven van Reuben eruit ziet. Josh heeft hij opgegeven, maar hij doet er alles aan om zijn jongste zoon uit de klauwen van de criminaliteit te houden. Schell is sterk, maar Redgrave is onopvallend subliem. Irina's, ondanks haar verminderd vermogen tot het zien van de realiteit, onveranderde liefde voor haar zonen is simpelweg hartverwarmend. Het moge duidelijk zijn dat de familiebanden een belangrijke rol spelen in de film.

Sobere en mooie melodieën begeleiden LITTLE ODESSA. De veelal uit instrumentale stukken en puur menselijke stem bestaande muziek is bij elkaar gezocht door de in de wereld van de filmmuziek nog relatief onbekende Dana Sano. Indrukwekkend.

Het lijkt wellicht een trend om films met een negatieve conclusie te laten eindigen, waarbij de meest aansprekende rolprenten vaak besluiten met een harde schietpartij. LITTLE ODESSA bevat ook de nodige schoten, maar het slot is, met alle respect voor ondermeer RESERVOIR DOGS en TRUE ROMANCE, erg indrukwekkend. Geen duels, geen eindeloze kogenregels, maar wel enkele goed gemikte schoten die hun doel niet missen. Zo ook de hele film, nota bende het debuut van schrijver/regisseur James Gray.

Zo treurig, zo echt, zo ver weg, zo ontzettend dichtbij.

(c)opyright Menno Peeters, 15-09-95


Return to index